Italiëkenner Philip Roose over Giorgia Meloni en de Fratelli d’Italia

by | jul 16, 2024 | Interview | 0 comments


Toen Giorgia Meloni en haar Fratelli d’Italia (Broeders van Italië) eind 2022 een rechtse regeringscoalitie op de been brachten, schreeuwde de progressieve goegemeente moord en brand. Samen met de Lega van Matteo Salvini en Forza Italia van wijlen Silvio Berlusconi bestuurt de eerste vrouwelijke premier van het land sinds anderhalf jaar de derde grootste economie van de Europese Unie. Het Custodes Instituut sprak met Italië- en wijnkenner, opiniemaker en auteur Philip Roose over de politieke rechterzijde van het land waar ie twintig jaar geleden naartoe verhuisde. 

ROAN ASSELMAN: Mijnheer Roose, hoe gaat het daar in Italië? Is de fascistische overname, voorspeld door velen aan ter progressieve zijde, een feit?

PHILIP ROOSE: Neen, en dat hoeft niet te verwonderen, want de Fratelli d’Italia is geen fascistische partij. De partij ligt wel in het verlengde van het fascisme van de jaren ’30 en ’40, maar dermate ver en dermate indirect dat geen serieus persoon de Fratelli vandaag een fascistische partij kan noemen.

Waarom doen sommigen het dan toch? Na de Tweede Wereldoorlog, in 1946, werd de Movimento Sociale Italiano (MSI) opgericht door oud-fascisten zoals Giorgio Almirante. Deze partij gaf rechts Italië, en oud-fascisten, een politieke thuis zonder het fascisme as such te verwerpen of te omarmen. Wel waren ze goed in het ‘contextualiseren’ van het fascisme en het rehabiliteren van Benito Mussolini. Enerzijds omdat ze de echte fascisten niet wouden afschrikken, die mochten immers ook stemmen in het nieuwe, democratische Italië. Maar anderzijds ook omdat ze dat ook echt geloofden dat Mussolini de man was die het land in de jaren ’30 nodig had. De gedachte ‘Non rinnegare, non restaurare’ (‘Niet ontkennen, niet heroprichten’) was toen niet zeldzaam ter rechterzijde, en is vandaag trouwens nog steeds aanwezig.

Wat kwam er na de MSI? En hoe komen we bij de Fratelli d’Italia van vandaag terecht?

In de jaren ’90 vervelde de post-fascistische MSI tot de rechts-conservatieve Alleanza Nazionale. Dat was de partij onder leiding van Gianfranco Fini, oud-voorman van de MSI, en de partij waarin Giorgia Meloni politiek volwassen werd. Het is die Alleanza Nazionale die vervolgens fusioneerde met Forza Italia van Silvio Berlusconi om in 2009 samen de Popolo della Libertà te vormen. Fini was de gedoodverfde opvolger van Berlusconi. Van Berlusconi, niet van Mussolini (glimlacht).

Dat politiek huwelijk leidde tot veel interne twisten, die uiteindelijk zouden leiden tot het vertrek van Fini uit de Polo della Libertà. Toen de Popolo della Libertà in 2011 onder druk van de kredietcrisis de regering-Monti, bestaande uit technocraten, steunde, was de maat vol voor Giorgia Meloni, en richtte ze samen met gelijkgezinden de Fratelli d’Italia op. Ze deed dat wel zonder de bruggen met Berlusconi definitief op te blazen, wat toch wel opmerkelijk was.

Het valt misschien op: we bevinden ons inmiddels al erg ver van het fascisme van de vorige eeuw. Die logica, dat de Fratelli de erfgenaam zouden zijn van het fascisme omdat ze partijpolitiek half-half teruggeleid kunnen worden tot Mussolini, kan evengoed van toepassing verklaard worden op de N-VA. De N-VA komt, trouwens heel wat directer, voort uit de Volksunie, en de Volksunie was in de jaren ’50 ook de partij van de collaborateurs. Dat maakt de N-VA geen VNV of DeVlag, net zomin maakt het de Fratelli een fascistische partij. Ook ter linkerzijde hebben vele partijen trouwens een rechtstreekse afstamming uit ondemocratische en revolutionaire communistische partijen.

Premier Giorgia Meloni steekt niet onder stoelen of banken dat ze een conservatief mens- en wereldbeeld aanhangt.

Klopt, maar dat maakt haar nog geen fascist. Progressieven gaan ervan uit dat alles wat niet liberaal is, fascistisch of antidemocratisch is. Dat is natuurlijk niet zo. Dat is hetzelfde wat er met het Vlaams Belang gebeurt in Vlaanderen. Je moet het niet eens zijn met die partij om te erkennen dat ze de democratie en het democratische proces volledig onderschrijft. Moeilijk is dat niet.

Maar wat denken de Fratelli dan? Waarvoor staan ze?

De Fratelli d’Italia is een conservatieve partij, in de typische zin van het woord. Familia, patria, Dio. Gezin, vaderland, God: dat zijn de hoekstenen van hun ideologie. Het gezinis belangrijk, dus het huwelijk is belangrijk, en dan vooral het huwelijk dat kinderen kan voortbrengen, dat tussen man en vrouw. Het huwelijk dat een volk in stand houdt, dus. Patria betekent dan weer het Italiaans nationalisme, de aandacht voor de soevereiniteit en de fierheid over het Italiaanse culturele erfgoed, zowel materieel als immaterieel. Het verklaart ook wel waarom er inderdaad stemmen opgaan om de legerdienst opnieuw in te voeren. En het verklaart ook de kritische houding van de Fratelli ten opzicht van massamigratie. Zij begrijpen dat Italiaan zijn iets betekent, dat lid zijn van de Italiaanse gemeenschap iets betekent. En dat dat niet enkel betekent dat je toevallig in Italië verblijft, al dan niet na een oversteek in een gammel bootje.  

En Dio, het centraal stellen van de waardigheid van de persoon, naar evenbeeld van God. Wat de ethische thema’s betreft, heeft dat natuurlijk een grote impact. Je moet bij de Fratelli niet afkomen met abortus, euthanasie, transgenderisme, de vermarkting van het lichaam allerlei… Dat betekent niet dat Meloni zich niet pragmatisch opstelt; ik denk bijvoorbeeld niet dat zij plannen heeft om de Italiaanse abortuswet opnieuw te verstrengen. Maar ze is in ieder geval een dam tegen de links-liberale excessen, zoals bijvoorbeeld de transgenderideologie of het duwen van mensen met psychische problemen naar de dood, en daarvoor wordt ze gewaardeerd.

Meloni lijkt een goede verstandhouding te hebben ontwikkeld met EU-leiders. Zelfs Commissievoorzitter Ursula von der Leyen gaat geregeld met haar op de foto.

Dat toont maar hoe weinig die oververhitte retoriek betekent na een verkiezing. En ook dat het inderdaad niet meer dan retoriek was. Uiteindelijk is de politieke wiskunde eenvoudig: Italië is een sleutelland van de Europese Unie. De derde grootste economie, en een netto-bijdrager aan de Unie. Zeker na de Brexit kan je dat land niet vervreemden van Brussel. Meloni is daarnaast ook een beetje een reservebondgenoot voor von der Leyen, mocht de relatie met Emmanuel Macron en Olaf Scholz verzuren. Plus: ze is een nuttig zwart schaap als von der Leyen iets rechtser moet verkopen aan de EU-bubbel, want ja: “ze moeten Meloni toch ook iets geven”.   

Meloni trekt ook sterk de Oekraïense kaart. Da’s niet altijd eenvoudig voor haar. Ze gaat daar intern ook niet veel reclame over maken. Maar ze begrijpt dat dat de prijs is van aanvaard te worden op het internationale toneel, op het Europese toneel. Mocht ze volledig haar zin kunnen doen, zou ze misschien ook wat meer de Orbán-toer opgaan. En als die oorlog nog heel lang duurt, zal ze zich misschien ook meer laten gelden. Maar uiteindelijk is Meloni niet zo geïnteresseerd in dat conflict. Ze kijkt vooral naar Italië. En ze doet wat ze binnen Europa moet doen om Italië in het centrum van de Europese Unie te brengen zonder, zoals haar voorgangers, daarvoor kritiekloos mee te lopen met de Frans-Duitse as.

Al in 2018 stapte de Lega van Matteo Salvini in de Italiaanse regering. Toen nog met de Vijfsterrenbeweging. Hij was toen de grote boeman van links, vandaag is hij het kleine broertje van Meloni. Wat is er gebeurd met de Lega? 

De Lega is gegroeid uit een autonomiewens van de Noordelijke regio’s. Waar die partij inhoudelijk voor staat is vandaag niet echt altijd duidelijk. Socio-economisch is de partij soms eerder links, soms eerder rechts, maar nooit heel rechtlijnig. Salvini zelf komt uit de Comunisti Padani, of de Padaanse communisten, wat misschien een goed voorbeeld is van de ideologische flexibiliteit van partij en partijleider.

Belangrijk speerpunt van de Lega is het tegengaan van de migratie. Vroeger de intra-Italiaanse migratie, de ‘meridionali’ of ‘terroni’, en toen het Noorden steeds meer bevolkt werd door de Zuid-Italianen, verschoof de focus naar de Afrikaanse en niet-Europese migratie. Het is vooral met dit standpunt dat Salvini en de Lega groot geworden zijn in de rest van het schiereiland.

De opmars van de Lega had alles te maken met Salvini. De terugval misschien niet alles, maar toch veel. Salvini heeft een heel smalle ideologische basis, laat zich te veel meeslepen door de waan en opiniepeiling van de dag. Hij is een beetje een politieke commentator geworden en spreekt zichzelf regelmatig tegen. Na de val van regering-Conte I door Salvini, ging het met de Lega electoraal bergaf. Niemand wil graag geassocieerd worden met een verliezer, en de verpersoonlijking van de Lega met haar politieke leider, maakte dat de dalende populariteit van Salvini tevens de partij veel stemmen kostte.

Meloni speelt het slimmer. Ze heeft zich razendsnel het statuut van staatsvrouw aangemeten. Dat combineert ze nog altijd met een volks imago; ze is helemaal geen intellectueel zwaargewicht, maar een gewone Italiaanse vrouw die vanuit een moeilijk sociaal milieu is opgeklommen tot de machtigste vrouw van Italië. Je zal haar geen hoog-ideologische discours horen afsteken, maar dat betekent niet dat ze ideologisch niet sterk staat.

Welke plaats heeft het Forza Italia nog in Italië? De focus ligt vaak op de Fratelli en de Lega, maar zonder Forza is er geen rechtse regering.

Onmiddellijk na de dood van Berlusconi was het koffiedik kijken wat er met die partij ging gebeuren. Die partij is een familieproject, niet sterk ideologisch. Ze zijn zeker progressiever dan de Fratelli en de Lega; familia, patria, Dio, dat zijn niet meteen de begrippen waarmee men de familie Berlusconi omschrijft. Soldi, geld, dat wel. Verlaag de belastingen en die mannen zijn best content (glimlacht). En zolang de Berlusconi’s de partij blijven financieren, zal die voortbestaan. Maar echt hoge toppen zie ik ze niet scheren.     


Related Posts

0 Comments